Ook een koninginnedagvondst van jaren geleden (eind jaren tachtig?). De Cadence-studio LP van Crispell’s kwartet met Billy Bang, John Betsch, en nu Wes Brown op bas. Een stuk exacter, scherper, ‘gepointeerd’ dan de live opnames uit Berlijn. Is dit de LP waarmee ze doorbrak? Ik vind ‘m behoorlijk sterk. Vreemd dat ik er nauwelijks naar heb geluisterd. Op de hoes staat in ballpoint: ‘Paul Acket’. Blijkbaar was ie dus van de voormalig directeur van North Sea Jazz. Voor 1 gulden was-ie van mij. Ik hou ‘m.
Vinyl 53: Marilyn Crispell Live in Berlin
Koninginnedagaankoop. 1 gulden op iets dergelijks. Marilyn Crispell in 1984 live in Berlijn met Billy Bang, Peter Kowald en John Betsch. Een Black Saint LP. Muziek die beter werkt als je er live bij bent dan als weergave op plaat. (Live ben je deel van het avontuur in het hier en nu). Ik heb ‘m niet vaak gedraaid, maar ik hou ‘m wel.
Vinyl 52: Lawrence ‘Butch’ Morris, Current Trends in Racism in Modern America
Nog een juweel. Tweedehands gekocht voor bijna niets. Deze plaat is een wonder – misschien zijn latere ‘conductions’ van Butch Morris subtieler – maar wat hij hier voor klanken uit het ensemble weet te toveren is al ongekend. Deze muziek zou niet mogelijk zijn zonder Butch Morris, zou niet tot stand gekomen zijn uit een vrije improvisatie, evenmin uit het spelen van genoteerde noten. Opgenomen in 1985 in The Kitchen, met Frank Lowe, John Zorn, Brandon Ross, Zeena Parkins, Tom Cora, Christian Marclay, Eli Fountain, Curtis Clark, Thurman Barker, Yasunao Tone, en Butch Morris (directie). Die bezetting is ook al een wonder.
Vinyl 51: Steve Lacy, The Forest and the Zoo
Een van de juweeltjes tussen mijn platen. Steve Lacy met Enrico Rava, Johnny Dyani en Louis Moholo, converserend en kwetterend als vogels, alles als vanzelf, een doorlopende stroom getjilp, zang, gesprek, gekwetter. Geen thema’s, geen enkele referentie naar een traditie, geen gevecht, geen vertoon van macht, een volledig eigen idioom. Live opgenomen in Buenos Aires in 1966. Tijdloos.
Incoming – No Patent Pending, self-made performative media
Prachtige uitgave, kreeg het opgestuurd, moet het meeste nog lezen, en kijk daar naar uit: want bijdrages van Ewen Chardronnet, Evelina Domnitch & Dmitry Gelfand, Lars Kynde, Alessandro Ludovico, Matteo Marangoni, Jonathan Reus, Joel Ryan & Kristina Andersen, Dieter Vandoren, Anne Wellmer, Godfried-Willem Raes, en Yolanda Uriz.
Onze overvloed: tapes
Een paar maanden geleden kwam ik ‘s ochtends vroeg door het hek met R. op de fiets om haar naar school te brengen en zag bij het grof vuil een grote kartonnen doos vol tapes. Ik keek in de veronderstelling dat het wel troep zou zijn en zag al snel dat het allemaal Noord-Afrikaanse muziek was. Namen die ik niet ken, behalve Cheb Mami en Khaled. Er zaten ook CD-rs tussen. Iemand had zn muziekverzameling weggegooid, waarschijnlijk omdat hij nu toch alles als mp3 had, of alleen nog streamde op zn smartphone.
Wat doe je? Ze laten liggen? Maar je wilt al jaren meer weten over de populaire Noord-Afrikaanse muziek, en is dit niet de perfecte uitnodiging?De hele doos confisceren? Nog meer troep in huis halen? In de wetenschap dat je nog niet in jaren al die tapes zult draaien. (Je bent al meer dan 2 jaar bezig om al je vinyl af te spelen, en je bent nog maar bij nummer 50). En is het geen troep? Het ligt waarschijnlijk al uren hier bij het oud vuil.
Een compromis: ik kies er op goed geluk een stuk of wat, zoveel er in 1 hand passen, en leg dat stapeltje achter het hek. Ik breng R. naar school. Als ik terugkom ligt de doos er nog altijd. Ik hou me in – nee, ik heb al zoveel spullen.
Nu, maanden later, draai ik eindelijk de eerste tapes van het stapeltje, dat nu al maanden naast de cassetterecorder in de keuken staat: Abdelkader Ariaf (2x), Abdelmoula, Cheb Mami, Aghrib (uitgegeven door Saada in Utrecht), Cheba Houria, Sawt Ennachat (het label, de rest staat er alleen in het Arabisch op), Cheb Aziz & Samar Najmat Ray, Cheba Maria & Cheb Rachid.
Had ik nou toch die hele doos moeten confisceren?
Of zal ik het 1 keer luisteren (net als mijn mp3s), en daarna weggooien. Een soort gevonden radio.
Een liedje maken (zoals Boulez)
‘Pappa, zullen we een liedje maken? Jij op banjo en ik op mijn gitaar’. R. heeft de ukelele gepakt. We zijn in mijn werkruimte en er staat een stuk van Boulez op (Domaines). Ik loop weg om mijn banjo te halen. Als ik terug kom zit R. op de grond, zingt een fantasieliedje terwijl ze de open snaren van de ukelele aanslaat. Ik zet het stuk van Boulez uit en speel met haar mee. ‘Nee pappa, zet dat liedje weer aan. Dat gaat veel beter.’ Ik zet Boulez weer aan. ‘Pappa, ik wil zo’n liedje maken!’ Ze bedoelt een ‘liedje’ zoals het stuk van Boulez. (Het is een mooi stuk en ik geef haar geen ongelijk).
Secret Chamber: Nikel
Best concert of the year. Best show of the year. Minds were blown, the lives of some people were changed. Secret Chamber in the gym of the Nikel school. (Where’s that? Nikel, Russia, Pechenga district. Look it up on the map.) With Love Cult (Ivan & Anya from Petrozavodsk). With Phonophani (Espen Sommer Eide). With the first ever live gig of TILMIL and Mnogoznaal from the Komi Republic. With Franz Pomassl. I cannot describe the emotional feel of it all. It was great. It was mind blowing. And think of the 14, 15, 16 year old kids from Nikel, who were following everything that Franz Pomassl did very very closely (making noise with loose contacts and fluorescent light, morphing into strange noisy acid house), and all coming to thank him and give him a hug after the event. It was unreal.
(TILMIL & Mnogoznaal, photo: Dark Ecology)
Is dat een wolf?
Nee, nu geen CD van jou. Als je een 4-jarige hebt is het soms heel lastig om niet die kinder-CD te draaien, maar iets anders…
‘Ja, ja, die CD, pappa!’
Het is een CD van Tom Waits. Niet dat ik van Tom Waits houdt, maar Small Changes staat in het rijtje oude CDs die ik laatst naast de CD-speler heb gezet. Ik zet ‘m op.
‘Pappa, is dat een … wolf?’
‘Ja.’
‘Pappa, een wolf die zingt?’
‘Ja.’
Ze gelooft me.
Een paar dagen geleden was de truuk om haar mijn ipod te geven, met koptelefoon. Bij toeval stond ‘ie op ‘alle songs’. Ik had net naar Clifford Brown geluisterd. Het volgende stuk was een blues van Charlie Christian. R. stond te dansen en te lachen. Een tijdje later zegt ze tegen me ‘pappa, hij praat, hahaha, hij praat!’ En ze vindt het enorm grappig, en ze staat te dansen. Ik kijk naar welk nummer ze luistert: Boody van Dewey Redman, jaren zeventig freejazz met ostinato bas.