3010 / 56 / 2.20

Zondag, 11 – 13.30. Heel slechte benen (F&R ziek, ik dus slecht geslapen. En dat na een mooie herfstzaterdag waarop ik met R. een grote ronde Amsterdamse Bos reed, 2,5 uur wegbleef en geen tijd meer had voor een rondje op de racefiets). Nevelig en bewolkt, 13 graden, matig windje.

Marcusstraat – Amstel – Uithoorn – Vrouwenakker – De Hoef – Westerlandweg – Mijdrecht – 1e Velddwarsweg – Waver – Ouderkerk – Amstel – Marcusstraat

cycling,nl | October 30, 2011 | 15:05 | Comments Off on 3010 / 56 / 2.20 |

No neutral box of spacetime…

“Are we finally beginning to realize that Newton didn’t have the last word on everything—that matter isn’t little shiny ping-pong balls acting externally on one another in predictable ways in a neutral box of absolute time and space?”

sez Timothy Morton, here: philosophyinatimeoferror.wordpress.com/2010/05/10/tim-morton-the-interview/

en,reading matter,research | October 27, 2011 | 22:46 | Comments Off on No neutral box of spacetime… |

1026 / 1.00

Mooi herfstweer, zon, 14 graden, zuidoostenwind. Uurtje aan het einde van de middag, tussen het werk door. Rondje Ouderkerkerplas.

Marcusstraat – Amstel – Ouderkerkerplas – Ouderkerk – Middenpolder – Amstel – Marcusstraat

cycling,nl | October 26, 2011 | 21:46 | Comments Off on 1026 / 1.00 |

Friedrich Kittler 1943 – 2011

Eervorige week, tijdens Kontraste, kwam zijn werk meermaals ter sprake in gesprekken met Douglas Kahn en Jan-Peter Sonntag. En ik kreeg zin me er weer in te verdiepen, zelfs om zijn laatste boeken te lezen (die over de Grieken, de muzen en de wiskunde).

Een paar dagen geleden is hij overleden: Friedrich Kittler. Ik heb hem nooit horen spreken, nooit ontmoet, wel gelezen en les gegeven over zijn mediatheorie. Prachtig woord: Aufschreibesysteme – in het Engels vertaald als discourse networks. En hij was Pynchon-fan.

Mooi stuk van Jussi Parikka over Kittler: jussiparikka.net/2011/10/18/friedrich-kittler-1943-2011/.

nl,reading matter,research | October 23, 2011 | 22:05 | Comments Off on Friedrich Kittler 1943 – 2011 |

1023 / 77 / 3.03

Prachtig herfstweer, 15 graden en een flinke – soms kille – zuidoostenbries. Perfect fietsweer. Zondagvroegemiddagrondje. 11.30 – 14.30. Daarna nog met R. voorop naar Ouderkerk en terug.

Marcusstraat – Weespertrekvaart – Diemen – Gaasp – Weesp – De Horn – Naardermeer – Hakkelaarsbrug – Muiderzand – Trekvogel – Lepelaarsplassen – Wagtendonkpad – Muiderzand – Muiderberg – Muiden – Diemerpark – Marcusstraat

cycling,nl | October 23, 2011 | 21:55 | Comments Off on 1023 / 77 / 3.03 |

Kontraste 2011

Mooie foto’s van Kontraste 2011: austrianphotography.posterous.com/.

art,cinema,music | October 17, 2011 | 23:24 | Comments Off on Kontraste 2011 |

OOO

“Now I tentatively distinguish between four broad types of objects: Dark objects, dim objects, bright objects, and rogue objects.”

From an interview with Levi Bryant: http://fracturedpolitics.com/2011/06/29/interview-levi-bryant.aspx. Goes on and has very good points. The above sentence made me laugh out loud – it’s so funny!

en,research | October 9, 2011 | 23:03 | Comments Off on OOO |

1008 / 1.30

Zon, best veel zon, buien en een regenboog. Stukken kouder – 11 graden. Lekker, ik reed lang in de zon – maar kreeg tussen Broek in Waterland en de Schellingwouderburg de volle lading, een flinke bui met wind in de rug, ik reed in de zon en het klonk mooi (grote regendruppels op het water).

Marcusstraat – Schellingwouderbrug – Durgerdam – Uitdam – Gouwzee – Broek in Waterland – Zunderdorp – Schellingwouderbrug – Marcusstraat

cycling,nl | October 8, 2011 | 21:58 | Comments Off on 1008 / 1.30 |

Leesvoer (tussendoor) en Stemvork

En zo tussendoor ga ik wel eens langs bij de Openbare Bibliotheek om een vers stapeltje boeken (en DVDs voor F.) te halen. Zo kom ik dan thuis met de nieuwe uitgave van LP Boon’s Niets gaat ten onder – omdat ik echt graag de nawoorden van die uitgaves van zijn Verzameld Werk lees, en dan nog wat grasduin in de roman. Of ik leen een vertaling van Jarry’s Ubu Roi omdat ik me realiseer dat ik dat nooit heb gelezen. Ik lees het, het is leuk, ik begrijp het belang van Jarry voor de theatergeschiedenis, maar Ubu is niet ‘mijn ding’ – ik ben meer geïnteresseerd in Jarry de wielrenner. En ik zie Stemvork liggen, een bundel essays van Arnoud van Adrichem en Jan Lauwereyns (en Han van der Vegt) – helemaal aan mij voorbijgegaan.

Stemvork moet ik nog lezen – tot nu toe twee essays helemaal gelezen en verder gegrasduind. Alleen al een doorlichting van hun werkmethode verdient een artikel van minstens 3000 woorden, waarbij de methode Adrichem/Lauwereyns ook vergeleken kan worden met vormen van Google-essayistiek. Ik denk niet dat de methode Adrichem/Lauwereyns Google-essayistiek genoemd kan worden, maar hun methode vertoont er wel overeenkomsten mee, of ze zetten het vruchtbaar in. (Ik denk dat iedere hedendaagse schrijver begrijpt wat ik met Google-essayistiek bedoel en dat dat niet per se negatief hoeft te zijn. (Alleen zijn slechte Google-essays wel heel erg slecht, veel slechter dan slechte gewone essays – if ye catch me drift).) ((En overigens, hoe kun je nu als hedendaags essayist Google (als pars-pro-toto voor alle zoekmachines) niet gebruiken – je checkt uitspraken en bronnen en voor je het weet vind je weer meer en leer je weer meer. Gesteld dat je goed kunt googlen.))

Enzovoorts.

Zoveel te lezen.

Bestel Stemvork hier: http://www.uitgeverij-ijzer.nl.

leesvoer,nl | October 7, 2011 | 14:58 | Comments Off on Leesvoer (tussendoor) en Stemvork |

Stiegler: Technics and Time

Zoveel te lezen en zo weinig tijd. Of waarom ik sommige boeken niet uitlees.

De eerste twee delen van Stiegler’s Technics and Time (The Fault of Epimetheus en Disorientation) liggen nu al maanden binnen handbereik. Ik ben er een aantal keer in begonnen en ben even zoveel keren opgehouden. Ik ben aan het begin begonnen en ik ben middenin begonnen, aan het eerste deel en het tweede, in de juiste volgorde en achterstevoren. En elke keer is de leeservaring gelijk. Er is de moeite om Stieglers zinnen, zijn jargon en zijn argument te volgen. Een deel van die moeite wijt ik aan de Engelse vertaling. Dan opwinding en enthousiasme als hij iets beweert – of lijkt te beweren – dat me raakt. Maar het betreft bijna altijd Stiegler’s herlezing van andermans ideeën, en eigenlijk geldt mijn enthousiasme niet Stiegler, maar bijvoorbeeld Leroi-Gourhan of Gille of Bergson. Vervolgens hangt Stiegler daar een filosofische interpretatie aan vast die ik niet kan volgen.

Het helderst is Stiegler wanneer hij bekende ideeën uit de technologiegeschiedenis parafraseert. Maar dan komt de verdenking op dat ik hetzelfde veel helderder bij Flusser heb gelezen – al wijkt Flusser’s filosofische interpretatie af van Stiegler.

Stiegler is ook helder als hij zijn eigen argument samenvat.

“In The Fault of Epitmetheus, I tried to establish why the analysis of a temporal constitution must take into account the prosthetic specifics conditioning access to the already-there.” (p. 7)

Point taken.

“In Disorientation, I shall try to show how this conditioning has indeed taken place throughout modern history, and why current prosthetics acts as an obstacle to intensification.” (p. 7)

Point taken – voor wat betreft de eerste helft van die zin, de tweede helft vind ik niet terug, of ik begrijp het niet, of hij bedoelt iets wat overbekend is.

Mij bekruipt het gevoel dat Stiegler zich laat intimideren door de filosofie – en zich steeds op alle vlakken denkt te moeten bewijzen. Hij is all-over-the-place. Het is èn Derrida, èn Fodor, èn Winograd, èn Leroi-Gourhan, èn Chomsky, èn Heidegger, èn Simondon, èn Turing, èn Husserl en hij moet ze allemaal fileren. De indruk ontstaat dat hij appels en peren samenbrengt en vergelijkt. (En er geen lekkere appelperenstroop van maakt).

(Dat de mens en de samenleving worden gevormd door de technologie net zoals wij vorm geven aan de technologie, en dat dat niet twee kanten van één proces betreft, maar dat dat ene niet uit elkaar gerafeld kan worden – dat inzicht is zeg maar de structuur van mijn denken over techniek geworden. Dat hoef ik niet van Stiegler te leren. Wel wat dat voor gevolgen heeft voor ons begrip van tijd. Wat Stiegler daarover schrijft aan de hand van Bergson, Husserl en Heidegger, begrijp ik niet werkelijk, tenminste niet op de manier waarop hij het hier verwoordt).

Ik wil Stiegler niet afkraken en ik hou een groot voorbehoud: het zou kunnen dat ik gewoon niet snap waar Stiegler op uit is, en niet inzie dat het een nieuwe weg voor de filosofie betreft. (OK dus het gaat om alle inzichten uit de techniek- en mediafilosofie plus, kort door de bocht, Heidegger’s begrip van (zijn en) tijd – en dan?). Goed mogelijk dat hij in lezingen en teksten over andere onderwerpen en inzake politiek veel helderder is. Het lukt gewoon niet zo met Technics and Time. En ik denk dat ik maar eens definitief moet besluiten dat ik het niet (uit)lees.

Zoveel meer…

Zoals het boekje Wanden van de werkelijkheid van Charles Vergeer, over vroeg-middeleeuwse filosofie. Natuurlijk, geschreven voor een groter publiek (toch?) en minder ‘technisch’ dan Stiegler (wel met citaten in Latijn en Grieks). Niet alleen een groot plezier om te lezen in de trein, maar verschaft ook duidelijk inzicht in hoe radicaal afwijkend de middeleeuwse filosofen nadachten over tijd. Spannend leesavontuur – zeker gekoppeld aan een duik in OOO.

en,leesvoer,nl,research | October 7, 2011 | 14:18 | Comments Off on Stiegler: Technics and Time |
Next Page »
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 2.5 License. | Arie Altena