Richard Sennett: The Craftsman

Gisteren in de trein op weg naar en terug uit Rotterdam de laatste hoofdstukken uit Richard Sennett’s The Craftsman (2008) gelezen, en uitgelezen. Helder betoog, en heel belangrijk als herwaardering van de intelligentie van de handen, de methodologie van het goed maken en de werkplaats. Dat gaat niet alleen over ‘handvaardigheid’, maar ook over het vakmanschap van software-schrijven, ruimte vormgeven, de overdracht van kennis, enzovoorts. Sennett is ervan overtuigd dat iedereen kan leren om dingen ‘goed’ te maken of te doen, omdat die vaardigheid een oorsprong kent in het spelen (wat kinderen doen). Daarin volgt Sennett de opvattingen van Dewey – en ik ben het volledig met hem eens. “Craftsmanship names the basic human impulse to do a job well for its own sake, and good craftsmanship involves developing skills and focusing on the work rather than ourselves.” Enige minpuntjes: het hoofdstuk over koken en recepten boeide mij minder en zijn weergave van de ontwikkeling van Linux en open source software-ontwikkeling is niet helemaal correct. Andere delen zou ik onmiddellijk als lietratuur opgeven, mocht ik op een kunstacademie lesgeven.

Recensie: http://www.guardian.co.uk/books/2008/feb/09/society/print; feature: http://www.guardian.co.uk/books/2008/feb/02/featuresreviews.guardianreview14/print.

leesvoer,nl,uitgelezen | January 14, 2011 | 14:57 | Comments Off on Richard Sennett: The Craftsman |

Henri Lefebvre: Rhythmanalysis

Eindelijk helemaal gelezen: Henri Lefebvre’s Rhythmanalysis, space, time and everyday life (2004 / 1992). Fundamenteel.

http://www.continuumbooks.com/books/detail.etc

leesvoer,nl,uitgelezen | January 12, 2011 | 23:04 | Comments Off on Henri Lefebvre: Rhythmanalysis |

David Toop: Sinister Resonance

Volledige titel: Sinister Resonance. The Mediumship of the Listener (2010). Een verzameling essays waarin David Toop onderzoekt hoe het luisteren wordt gepresenteerd in beeldende kunst en literatuur – het is meer een boek over beeldende kunst (Vermeer, Muñoz, Nicolaes Maes) en literatuur (19e eeuwse horror, 20e eeuw modernisme), dan over geluid. Of, zo u wilt, het is een culturele geschiedenis van de afbeelding van het luisteren.

Een persoonlijk toets karakteriseert Toops nauwgezette onderzoek naar wat luisteren is. Zijn denken over geluid (als ‘haunting’) en luisteren wordt geïnformeerd door zeer persoonlijke luisterervaringen; het gaat van kunst waar Toop de afgelopen jaren naar heeft gekeken, de boeken die hij voor het slapengaan las, zijn herinneringen aan luisterervaringen.

Toop is een groot luisteraar en denkt precies en diep na over geluid, maar wanneer hij schrijft over beeldende kunst is hij soms net te veel aan amateur-kunsthistoricus, wanneer hij schrijft over literatuur, vooral een liefhebber, geen literatuurwetenschapper. Ik vond dat geen probleem, evenmin als het feit dat het boek soms een aaneenrijging van verzamelde observaties over luisteren lijkt te zijn. Wel werd ik benieuwd naar wat Toop over Joyce, of over FW – waarover hij niets zegt – zou hebben geschreven als hij Derek Attridge’s studies had gelezen.

Sinister Resonance is onmisbaar voor iedereen die geïnteresseerd is in geluidsstudies, die nadenkt over wat luisteren is, of die zich afvraagt hoe een geschiedenis van het luisteren te construeren valt…

http://www.continuumbooks.com/books/detail.etc

leesvoer,nl,uitgelezen | January 12, 2011 | 22:59 | Comments Off on David Toop: Sinister Resonance |
« Previous Page
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 2.5 License. | Arie Altena