Vakantie, dag V. Vaals – Sittard. Ik vond het wel mooi zo. Reed recht tegen het station van Sittard aan waar ik de trein naar Amsterdam kon pakken. (En dus niet verder over Maaseik en de Noorderkempen naar Weert of Eindhoven). Prachtige route, onder andere door het dal van de Geleenbeek. Een mooier stuk van Limburg dan ik me kon herinneren. Het was veel te warm en de zon scheen veel te fel, en dus was het wel mooi zo.
0615 / 168 / 9.16
Vakantie, dag IV. Rondje Noord-Eifel en nog wat dwalen. Het was opnieuw warm en de zon scheen opnieuw meedogenloos. Ik reed lek in het Aachenerwald (eigen schuld, ik knalde in een onverharde afdaling te hard door een te stenige bocht) en had daarna wat minder zin in het onverhard (met die net te grote stenen). Doel was om een mooie rondje door de Noord-Eifel te maken. Met de Rennweg natuurlijk. Tijd genomen voor pauzes. Ik had de route in mijn hoofd, maar had natuurlijk de kaarten niet goed genoeg bestudeerd, was me niet zeker over de afstanden, waardoor ik halverwege te vaak ging twijfelen en heroverwegen, weer eens een andere weg insloeg, en dan toch Nideggen niet ging halen. Het Kalltal is erg mooi, maar dat stuk ‘bovenop’ niet zo. (Daarom wilde ik ook niet richting Simmerath, en bij Monschau ben ik vaak genoeg geweest). Wilde met de warmte ook niet te ver weg – nou ja, enzovoorts. Weer in de buurt van Aachen had ik dus tijd over om wat te dwalen, de verkeerde bosweg in te slaan, het Drielandenpunt van drie kanten te beklimmen, en omdat het lekker ging nog wat richting Plombières en een stukje van een gloednieuw fietspad, heerlijk zonder enig autoverkeer, en weer terug. Zo zette ik alsnog 160+ op de teller, wat de bedoeling was.
0614 / 105 / 5.40
Vakantie, dag III. Door de groene tunnel: volg de RAVel van Gemmenich naar Luik over de oude spoorlijn. Perfect asfalt, afgesloten van de andere wegen, omzoomd door bomen. Alsof ik in een computergame zit en door het landschap trek waar ik jaren geleden zo vaak fietste, en het nu vanuit een ander perspectief van buiten bekijk. Heel rustig gereden, veel te warm, veel te veel zon. Wel een verfrissende wind. Bij Jupille verdwalen in het bos – ik bleek een mountainbike of wandelroute te volgen; daarna te veel zitten navigeren, proberen favoriete stukjes van vroeger te rijden (wat niet lukte, ik herinnerde het me niet goed genoeg). De klimmetjes in het land van Hervé, daar rijd ik nog steeds ‘makkelijk’ tegenop. Dat wel. Verder lijkt het op dat spoorwegtraject wel allemaal soepeltjes bergaf te gaan.
0613 / 138 / 7.20
Vakantie, dag II. Het plan was anders: ik wilde rondom de bruinkoolmijnen van Inden en Hambag rijden, maar het was te warm, 30 graden, en ik zag het niet zitten om de dag te beginnen met dwars door Aachen en dan uren in de zon. Ik begon met schaduw in het Aachener Wald – altijd prachtig fietsen – en dan doorsteken naar het Hürtgenwald. Kreeg wel genoeg van het onverhard rijden (net te grove steenslag). Dan naar Langerwehe en door naar de groeve van Inden en de Indemann. Besloot dat ik het niet zou uithouden in de zon en keerde terug naar de schaduw van het bos. Over Roetgen en Raeren – stukje Vennbahn – terug, een deel dat ik ken uit het jaar ‘Jan van Eyck’, 2006, toen ik deels in Kanne woonde.
0612 / 116 / 6.20
Vakantie. Dag I. Van Roermond naar Vaals, via de Meinweg, Vlodrop, langs de Rur en langs de Wurm. Stukken die ik al lang eens wilde rijden. Groot deel van de route was onverhard, en dat was niet mis: grove steenslag, mul zand, bospaadjes, en zand met keien. 32mm-bandjes waren wel handig geweest (44 voor de gravelaar), maar ik trek ‘m er ook wel doorheen en overheen op 25mm-bandjes. Nauwelijks iemand tegengekomen. Zon, 30 graden, zo warm dat tegenwind aangenaam was. Het laatste uur was er net te veel aan. (Bovendien reed ik net buiten Aachen verkeerd waardoor ik in Aachen terecht kwam).