Naar Nieuw-Vennep. Nieuw-Vennep? Nou ik wilde mn forensenritje maken maar deze week rijdt de trein naar Rotterdam over Gouda niet. Vandaar dit alternatief. En omdat ik (bijna) nooit in de buurt van Nieuw-Vennep kom voelde het wel vakantie-achtig en reed ik ook nog een beetje verkeerd. Die dertig kilometer vond ik wel weer genoeg voor (weer) een warme zomerdag.
0727 / 58 / 2.45
Bloedmaannachtritje. Je moet wat. Om half één snachts nog 27 graden en zo goed als windstil. Maansverduistering, dat was de belangrijkste reden om eindelijk weer de fiets op te stappen. (Dat warme weer is geen fietsweer. Het is al drie weken onafgebroken waardeloos fietsweer want veel te warm). Op de opgekalefaterde Ger: nieuw achterwiel, handgespaakt. Weg om half tien. Als het nog boven de dertig is. Rustig rijden. De schemering zien vallen. Buiten de stad een beetje minder warm. Overal mensen buiten. Ook om naar de maansverduistering te kijken. Die valt tegen: er hangt wat bewolking aan de horizon. Lekker rijden. Half één terug. Had ik niet toch de nacht moeten doorfietsen? (Daar was ik niet op voorbereid. kon mijn goede licht zo snel niet vinden).
0630 / 205 / 8.45
Eindelijk: 200+. Een makkie. (Kwestie van voldoende tijd tot je beschikking hebben.) Maar niet weer door de Flevopolder – ook niet als je alle mooie stukjes bos meepikt. En nooit meer bij dit weer. De zeldzame dag waarop je liever tegen oostenwind kracht 4 in rijdt dan ervan af. (Meer verkoeling). Genadeloze zon. 28 graden. Terug op de brug over het Gooimeer stond de teller op 170, dus moest ik nog een extra lusje maken. Nee, dit is niet mijn fietsweer. Van het idee om wie weet wel door te rijden tot donker kwam dus niets. Ik had genoeg van de zon. Je moet je grenzen kennen.