Zelfde als gisteren. Nu met zuidenwind.

En ook terug precies hetzelfde. Nu droog en met ondergaande zon.

O is for Charles Olson. He might have been a scatterbrain, poetically his vision coheres.

N. I have to pass on N. No, I do not like Nabokov.

M is for Herman Melville. Definite. Ben Marcus and David Markson have to take a seat in the second row.

Zacht nazomerweer – of is het herfst? Warm, zon, mist over de weilanden. Nauwelijks wind. Heerlijk fietsen in de ochtend.

In de middag gaat het regenen. Niet hard. Zacht. Het is warm. Ik rij om twintig over zes weg – het is dan bijna droog. Nog wat regen, motregen, dan droog, en nog wat motregen. Ik voel me meteen een stuk beter. Lekker met wind in de rug (zuidwest 2), het is warm (ook na zonsondergang nog 17 graden, daarvoor 20), door het Zuid-Hollandse land. Vanaf Haastrecht is het wel donker, en vanaf Oudewater pikkedonker. Heerlijk om door het donker te rijden, gevoel ver van de stad te zijn. Ontspan.

L is for Mark Leyner. Language as dynamite. It seems he does not write literature anymore.

K is for Jack Kerouac. Who else? For me American literature started with On the Road.

J is for Henry James. Even though I am unable to finish his big novels; the social worlds he depicts are utterly alien to me.

Prachtige, warme nazomerdag. 22 graden, zon, zonder jas aan fietsen met R. en F. (wat drinken bij De Zwarte Kat).

I is for Washington Irving and his American transformations of German stories.