Vrijdag, naar Fransche Kamp, met twee tassen.

Ronde Venen – Botshol – Abcoude. Past een 11-speed wiel met 11 kransjes eigenlijk in een fiets met een 10-speed derailleur en ketting? Ja hoor. (Je kunt alleen het grootste kransje niet gebruiken). Mooi zo. Want dat andere wiel had wel erg veel speling. Noordenwind, beetje zon, lekker gereden.

Bevrijdingsdagritje. Warme zon en fel koude noordenwind. Op het gemakt het groen aan de oostkant opzoeken en wegen die ik anders niet rijd. Dan ziet het er weer wat ‘als nieuw’ uit.

Parken van West. Zondagmiddagsritje rustig aan door de parken en groenzones van Amsterdam-West. Zon, maar onaangenaam koud (10 graden) bij noordenwind. Gelukkig mn winterkleren aangetrokken. Vondelpark, Rembrandtpark, Gebrandypark, Brettenpark, Spaarnwoude, Raesberg, Sloterpark, Oeverlanden, Beatrixpark. (En nog wel een paar).

Fransche Kamp terug IX. Zaterdagmiddag, weer terug. Nog wel zon, maar een stuk koeler.

Tot Rhenen (en weer terug). Eindelijk dan een hele dag fietsen. Eerst bewolkt en iets frisser, in de middag weer volop zon en zomers. Uiteindelijk toch tot Rhenen gefietst, dus 140 kilometer (al was 120 ook best geweest). Zo’n beetje de hele Heuvelrug, en ook het stukje langs het Valleikanaal. Heb ik dat weer gedaan.

Klein avondrondje door het bos en over de heide, net voor zonsondergang.

Naar Fransche Kamp IX. Nu eindelijk naar Fransche Kamp om er ook 2 nachtjes te slapen. Dus op de Cube met 2 volle fietstassen. Laat vertrokken – ik vond het veel te warm.

Woerdense Verlaat. Pas einde van de middag een stuk fietsen. (Eerst allerlei andere dingen te doen). Hoefde geen rekening te houden met ‘etenstijd’ thuis. Ideaal.

Fransche Kamp terug VIII. En weer terug, in de avond, met wind in de rug. Naarmate de rit vorderde steeds harder gaan rijden en uiteindelijk recordtijd.