0614 / 93 / 5.00 / 22 / 1.30
Dörenther Klippen – Dümmer See. Achteraf gezien was dit de dag die besliste over het verloop van mijn fietskampeeravontuur. Ik begrijp niet helemaal wat me ertoe verleidde om noordwaarts te gaan, naar de Dümmer See, in plaats van verder door het Teutoburger Wald te rijden in de richting van het Weserbergland, zoals ik van plan was. Ik weet wel hoe het kwam. De wind was naar het zuiden gedraaid, en de weersvoorspelling voor het gebied in zuidoostelijke richting waren niet echt goed, meer regen, ook voor de komende dagen. Pas voor over een dag of vier à vijf beloofde het wat beter te zijn. Bij de Dümmer See, zag ik op Google, waren verschillende campings. En, ik wil al jaren een keer naar de Dümmer See. Waarom? Omdat Arno Schmidt, workaholic, vakantiehater, ooit op een tripje naar de Dümmer See was meegetroond, wat hem inspiratie gaf voor zijn korte roman Seelandschaft mit Pocahontas. Sinds ik dat weet zie ik dat meer liggen op de landkaarten en denk ik: daar wil ik eens heen. Ook al weet ik dat het er Noord-Duits saai zal zijn. Ik heb zelfs vaak zitten puzzelen op een mogelijk leuke fietsroute daarheen. Het blijkt voor vandaag te zijn.
Maar eerst gaat het door het bos, en soms over wat heuveltjes. Het is Twentser dan ik had verwacht. (Er is duidelijk sprake van een soort culturele eenheid in dit Sachsen-land – het verschil voel je pas als je de IJssel oversteekt). Bij Tecklenburg eindelijk de echte klim waar ik naar uit had gezien, al valt die me nog vies tegen met de bagage. Daarna rij ik niet helemaal volgens plan, maar wel grotendeels over mooie wegen, en deels door het bos. Omdat ik te vaak op de kaart, telefoon en Garmin kijkt, schiet niet op. Ik wilde eigenlijk niet door Osnabrück, maar besluit dat toch te doen – ik kan dan een duidelijk uitgepijlde fietsroute volgen, wel zo handig. Die leidt me inderdaad via rustige wegen dwars door de stad. Daar kom ik vijf andere fietskampeerders achterop, mannen van rond de 40, 45. Even een kletspraatje maken. Zij rijden van Dortmund naar Hamburg, en verblijven in hotels die ze al gereserveerd hebben. (Verder kom ik in al die dagen geen fietskampeerders tegen, afgezien van mogelijk een paar zeventigplussers op dure e-bikes, maar dat telt niet). Over Ostercappeln dan naar de vlakte. Als ik de Dümmer See nader heb ik bijna spijt. Het is er mooi, maar het was niet mijn bedoeling om door moerasland te rijden. Ik wilde bos en heuvels. Hoewel de zon regelmatig schijnt is het nog altijd best fris. Er zijn zeven campings aan de Dümmer See, en bijna allemaal willen ze geen kampeerders voor 1 nacht. Ik blijk in een soort toeristenhel te belanden, voor mensen met caravans en campers. Het weekend begint, en vanavond is de openingswedstrijd van het EK voetbal, hier in Duitsland. Eén camping wil me wel plek geven op een extra veld (ze zijn heel aardig overigens), maar ik moet dan wel tot zes uur wachten met opbouwen omdat ze nog veel mensen verwachten die gereserveerd hebben. Ik kom dus op een groot veld terecht waar mensen zich beginnen te installeren voor een avond voetbal kijken. Grote barbecue, groot scherm onder een partytent (er wordt regen verwacht). Nou ja. Ik kan douchen, ik eet wat. Er komt een RAM het veld opgereden met een enorme caravan erachter. En nog een partytent met scherm voor de voetbal. Ik wacht af tot ik een plek toegewezen krijg, zet dan heel snel mn tent op, en ga er tussenuit.
Ik zit een tijdje op een bankje aan de Dümmer See en zoek dan een plek om te eten. En dan blijken dus de helft van de restaurants dicht te zijn. Regen dreigt. Ik vind een restaurant, eet daar, en rek de tijd. Net voor donker rij ik dan om de Dümmer See: veel last van muggen, maar de zon komt net voor hij onder gaat onder de wolken door schijnen en zorgt voor heel mooie kleuren. Op de camping blijkt het mee te vallen. Morgenochtend zo vroeg mogelijk vertrekken.
0 Comments
RSS for comments on this post.
sorry, the comment form is closed at this time.