Hemelvaart. Utrechtse Heuvelrug en Horsterwold. Om kwart over zes zat ik op de fiets. Zou ik vaker moeten doen. Rustig. Prettig fris. In de ochtend onverhard over de Heuvelrug, zo gauw het druk werd richting Flevopolder. Wel een heel saai stuk van Amersfoort naar de brug bij Nijkerk. (Ik had vantevoren beter op de kaart moeten kijken). Op het einde kreeg ik genoeg van de felle zon. Weinig wind, beetje zuidoostelijk, temperatuur oplopend naar 23 graden.
Na het werk (jitsijitsi) een rondje Amsterdamse Bos in de zon. Kwam er BJ tegen en mn moeder gebeld. Heel sociaal.
Lunchpauzerondje Driemond. Uurtje. De verleiding om verder te fietsen is groot. Werk wacht, maar niet zo lang. Even door het Diemerbos en tot Driemond.
Op een zonnige zondagochtend weer eens het Groene Hart in. ‘s Ochtends is het nog rustig genoeg. Westenwind, later zuidwest.
Zaterdagmiddag. Op last van de noordwestenwind weer eens naar het westen. Heel lang niet geweest. Heel lang. Met Lutkemeerpolder, de tuinen van west en een stukje Haarlemmermeer, voor het 1950s-gevoel. Dat het ‘rondje’ er zo uit zou zien had ik niet helemaal verwacht
Nigtevegt in de avond. Voor het eerst weer eens een echt avondritje. Best koud, noordenwind, zon. Twee kanten van het kanaal.
Fort Nigtevegt en recht door de Bijlmer. Lunchrondje. Nu eens vanaf de Gaaspersplas recht door de Bijlmer terug – dat lukt: strikt de bordjes ‘doorgaand verkeer’ volgen, ook als de richting contraintuïtief is. Koud. Overschoenen, handschoenen, muts. Wel zon.
Fort Nigtevegt en Gaasperplas. Einde van de middag. Hetzelfde nog weer eens anders. Koud, 8 graden, zon, harde noordenwind. Overschoenen en handschoenen. Het net iets donkerder geel van de boterbloemen. Alsof ik de (bijna) de hele weg wind mee had.
Heen en terug – brug van Loenersloot, het mooie stuk langs het kanaal. Vreemd weer. Noordenwind.
Met R. naar het Amsterdamse Bos om te pootjebaden. (Dus een sprong in de plomp van R.). En weer terug via een rustige route. Zo kom ik toch aan de 100 kilometer.