De tweede dag van de Mergelheuvellandtweedaagse meegereden. Of grotendeels dan toch. Na een heel seizoen zonder cyclosportieven, zonder toertochten. Het was leuk — al was de tweede helft van de lange zondagroute wat minder interessant. (De zaterdagrit was natuurlijk veel aantrekkelijker: in de 160 kilometer versie zat de Rue des Heyds naar Fleron).

Eindelijk heb ik ook mijn vlindergewicht eer aan gedaan: tientallen ben ik er voorbijgereden op de Cote de Beusdaal, Schweiberg, Gulpenerberg, Kruisberg, Eyserbosweg en Dode Man — ook de ‘diesels’ die ik op het vlakke had laten rijden. Ik had eerlijk gezegd niet verwacht dat men gemiddeld zo langzaam omhoog zou rijden — of zelfs lopen. (Misschien zaten de goeie rijders veel verder voorin? Ik startte erg laat). Alleen op de helling van De Heeg richting Cadier en Keer werd ik eruit gesprint; maar niet nadat ik 100 meter had dichtgereden op de diesels die ik op het vlakke had laten rijden, en nadat ik tot mijn verbazing met een paar halen meteen maar iedereen voorbijreed. Tja, twee man klampten aan, sprinten me er vervolgens uit. Op het vlakke is het voor mij aanklampen, maar ‘bergop’ reden weinigen zo hard als ik. Ik had niet het gevoel dat het uitzonderlijke moeite koste. Het geeft natuurlijk wel moraal om er steeds zoveel in te halen. De zon kwam niet door de mist heen. Het was een lekkere 20 graden. Perfect voor mij.

Kanne – kanaal – Lixhe – Moelingen – Gravensvoeren – Mesch – start – Warsage – Neufchateau – Les Waides – St. Jean de Sart – Goirhe – Neeraubel – Pietersvoeren – Krindaal – De Plank – Remersdaal – Teuven – Beusdal – Sippenaeken – Epen – Camerig – Rott – Schweiberg – Gulpen – Gulpenerberg – Partij – Wahlwiller – Kruisberg – Eys – Eyserbosweg – Wijlre – Stokhem – Dode Man – Scheulder – IJzeren – Sibbe – Valkenburg – Cauberg – Vilt – Geulhem – Geulhemmerberg – Terblijt – Bemelen – Roese Kuilen – Cadier en Keer – Bronckweg – De Heeg – Cadier en Keer – Gronsveld – Moerslag – Mesch – Moelingen – Lixhe – Lanaye – Kanne